zondag 3 juli 2011

Rima

Terwijl ik terug liep naar de plek waar Hiro mijn tas had laten vallen keek ik geen enkele keer achter om. Vanbinnen was ik diep gekwetst. Waarom moest Natsumi mijn moment nou verpesten. Ik schopte nijdig tegen een steen aan die op de grond lag. Hij schoot enkele meters vooruit. Ik zag mijn tas liggen. Als hij maar niet open was gevallen! Ik rende er naar toe. Lichtelijk in paniek griste ik mijn tas van de grond en keek ik naar mijn jurkje. Gelukkig. Het was droog gebleven. Langzaam draaide ik me om en keek ik naar de school. Ik had geen zin om terug te gaan. Terug naar mijn kamer, waar Natsumi ontzettend opgewekt zou doen en Hotaru me waarschijnlijk bezorgd ging aankijken. Ik verlangde naar huis, naar mijn kamer, een lekkere manga of een leuke anime. Ineens miste ik mijn verzameling Tamagotchi. De posters van linkshandige bas-gitaristen. Mijn ingelijste foto van mij met Ono Daisuke. Ik zuchtte. Om mijn schouders hing Hiro's vest nog steeds. Ik had nijgingen om hem af te gooien, er op te springen en hem helemaal vuil te maken. Ik wilde rennen tot mijn benen het opgaven. Ik wilde alleen zijn. Ik begon weer te huilen. Er werd een hand op mijn schouder gelegd. Ik keek om en keek in een paar donkerbruine ogen. "Als je hier langer blijft staan, wordt je nog ziek." zei de jongen. "Maakt niets uit" zei ik kortaf en ik wreef mijn tranen weg. "Heeft je vriendje je laten zitten?" de jongen tikte op het vest van Hiro. "Hij is mijn vriendje niet." ik staarde naar de grond. Na wat dringen kreeg de jongen me zo ver dat ik mee naar binnen ging. Hij bracht me helemaal tot aan de kamer. Ik was wat milder geworden ondertussen. De jongen was aardig tegen me. "Arigatou..." "Nakano Ren" "Nakano-kun" zei ik toen ik bij de deur stond. De jongen haalde een fototoestel uit zijn broekzak en knipte een foto van me. "Wat ga je daar mee doen?" vroeg ik hem verbaasd. "In mijn plakboek, ik knip foto's van mensen die ik ontmoet zodat ik ze niet meer vergeet. Hoe zei je ook alweer dat je heette?" "Dat heb ik niet gezegd." mijn stemming was weer omgeslagen. Hoe haalde hij het in zijn hoofd. De deur achter me ging open. "Rima!" het was Hotaru. Verdorie, nu wist hij mijn naam. "Doeg!" ik stapte de kamer in en gooide de deur dicht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten