woensdag 27 oktober 2010

Hiro

Katashi en liepen al plukkend aan onze kleren de grote wenteltrap af. We hadden het eerste uur Engels op de begane grond. Toen we het lokaal inliepen zagen we dat we niet de enigen waren die onder de etenswaren zaten, een groot deel van de leerlingen had immers deelgenomen aan het voedselgevecht. "En toen gooide er iemand een boterham recht in Kiryuu's gezicht!" riep een jongen enthousiast tegen een paar meisjes. Een van de meisjes keek verrast op toen we binnenkwamen. "Het is Fujimoto-kun." fluisterde ze blozend tegen haar vriendin. Ik grinnikte. Katashi had niks door. We gingen achterin de klas zitten en pakte onze boeken. Op dat moment kwam de lerares binnen. Ik zuchtte; Kurizawa-sensei was verschrikkelijk streng. Ze droeg haar grijze haar in een strak knotje op haar hoofd en keek met opgetrokken wenkbrauwen over haar smalle brilletje heen. "Mag ik vragen wat hier gaande is?" vroeg ze met getuite lippen. Meteen werd het stil en ging iedereen op zijn plaats zitten. Kurizawa-sensei liep langzaam door het lokaal, waarbij haar hakken ritmisch op de vloer klakten. Bij het tafeltje waaraan Katashi en ik zaten bleef ze staan. "Nakamura-kun." Ik zuchtte en stond op; dat was de regel wanneer je naam werd genoemd door Kurizawa-sensei. Haar dunne vingers bewogen langzaam naar haar bril en schoven hem naar het puntje van haar spitse neus. "Wat is er met uw uniform gebeurd?" Ik haalde nonchalant mijn schouders op. "Bij uw buurman is het al niet veel beter." zei ze met een afkeurende blik op Katashi. Ze keek de klas rond. De jongen die aan het begin van de les had opgeschept over het voedselgevecht zat ook onder. "Mizuki-kun." zei ze kil, terwijl ze met grote passen naar hem toe beende. Er ging een onderdrukte giechel door de klas. Ik herinnerde me vaag iets over hoe die jongen liever niet bij zijn achternaam werd genoemd omdat het als een meisjesnaam klonk. Mizuki stond op met zijn armen stijf tegen zijn lichaam aan geklemd. "Mag ik van u dan horen wat er echt gebeurd is?" Het klonk meer als een bevel dan als een vraag. "Er was een voedselgevecht, Sensei." zei Mizuki braaf. "Een voedselgevecht?! Kurizawa-sensei greep naar haar borst alsof ze een hartaanval kreeg. "En wie was de veroorzaker van dez vulgaire activiteit?" vroeg ze met opeengeklemde kaken. "Nakamura, Fujimoto en een paar meiden uit een andere klas, mevrouw." zei Mizuki met gebogen hoofd. "Wou je zeggen dat je zelf niet mee hebt gedaan?!" riep Katashi ineens. Hij hief zijn vuist op. Kurizawa-sensei draaide zich langzaam om. "Ik kan me niet herinneren dat ik u iets gevraagd heb, Fujimoto-kun." zei ze nadrukkelijk. Katashi liet zijn hand zakken en stond op. "Nakamura en ik, en de andere schuldigen, zijn al door Kiryuu-sensei gestraft, Sensei." Kurizawa-sensei knikte bedenkelijk. Ze leek teleurgesteld. Ik grijnsde onwillekeurig, ik weet zeker dat ze ons graag nog een pak strafwerk had gegeven. "Fujimoto-kun, Mizuki-kun, ik verzoek jullie weer te gaan zitten, ik zou graag beginnen met mijn les."

maandag 25 oktober 2010

Natsumi

Ik keek naar de plek waar Jun net verdwenen was. Met deze situaties wist ik me geen raad. Ik was alleen maar goed met vrolijke buien. Dus zou ik dit ook maar weer vrolijk maken. 'Zag je hoe die jam ging! Geweldig.' zei ik met een grijns. Maar niemand reageerde zoals ik gehoopt had. Ze bleven allemaal voor zich uit staan kijken. Ik zuchtte eventjes. Ik wist mezelf geen houding te geven en tikte met mijn hand tegen mijn been. Natuurlijk vond ik het ontzettend erg wat er net allemaal gebeurd was. En natuurlijk had ik ontzettend veel medelijden met Jun, al wist ik niet wat nou precies het punt was tussen hem en Kirino. Maar ik kon die gevoelens nooit goed uiten. Gevoelens van medeleven.. Ik had ze wel, natuurlijk had ik ze. Ondertussen was de hele kantine aan het uitsterven. Iedereen was al weg. Ik keek om me heen. 'Uhm.. Jongens? Volgens mij moeten we naar de les..' zei ik. 'Huh? Wat?' zei Hotaru die zich omdraaide. 'Eh?' Rima keek me aan en keek toen naar haar kleding. Het zat vol met wat ooit een puddingbroodje was geweest. Ook Hiro en Katashi zagen er niet zo schoon meer uit. En ja.. Ik.. Nou ja.. Ik was er duidelijk het ergste aan toe. Mijn rokje zat vol met vlekken van verschillende etenswaren en in mijn haren zaten dingen die ik er zelfs als ik driekwartier onder de douche stond er nog niet uit kon krijgen. 'We zullen wel moeten.' zei Hiro die op zijn horloge keek. 'We zijn al laat. Tijd om om te kleden is er niet meer.' Ik zuchtte. Geweldig. 'Oké. Laten we dan maar gaan.' zei Katashi. Hij en Hiro draaiden zich om en liepen samen weg. 'Ik denk niet dat Jun nog hierkomt, dus ik ga wel alleen.' zei Hotaru. Ik knikte. Ze liep weg en draaide zich nog even om om naar Rima en mij te zwaaien. We waren de enigen die nog in de kantine stonden. 'Wat hebben we nu?' vroeg ik haar. 'Engels.' 'Goh. Geweldig. Mijn dag kan niet meer stuk.' ik rolde met mijn ogen en toen gingen we op weg.

Jun

"Mooh, Hideyoshi-kun! Zo kunnen we je toch niet helpen" hoorde ik Rima zeggen terwijl ik wegliep. Ze stampte met haar voet op de grond van frustratie. "Ne, Nakamura-kun! We moeten toch iets doen" wat was dat kind spraakzaam vandaag. Ik slenterde door de gangen, niet echt in een bepaalde richting lopend. Over een half uur begonnen de lessen. Één voor één haalde ik me de bandleden voor de geest. Hiro. Van hem kon ik geen lucht krijgen, hij was zo stil. Hij speelde wel prachtig viool. Hotaru. Ze leek altijd te stralen, net als Natsumi. Die twee waren best een komisch duo. Natsumi had wel wat weg van Kirino, in haar goede periode. Rima. Vreemd kind, die verbergt meer dan je denkt. En als laatste Katashi. Chagrijnig als de pest maar hij had wel een goed hart. Blijkbaar was ik naa buiten gelopen. Het waaide nogal en mijn stropdas vloog in mijn gezicht. Twee meisjes giechelde om mijn gestuntel met mijn stropdas toen ze voorbij kwamen lopen. Ik liep ook verder en ging op een bank onder een boom zitten. Afwezig ging ik met mijn hand door mijn haar zodat het wat warriger werd. Vanavond zou ik mijn bed eerst goed checken voor ik zou gaan slapen. Ik vroeg me af of ik Katashi-tachi kon vertellen over mijn jeugd. Nee. Ik kende ze niet goed genoeg en ik wilde ze niet met mijn problemen opzadelen. Al zouden ze nu al problemen kunnen hebben. Kirino had vast een pesthekel aan ze nu.

woensdag 6 oktober 2010

Hotaru

"Dat is niet eerlijk!" riep ik verontwaardigd. "Ik heb helemaal niks gedaan!" "Usotsuki." zei Hiro droog. Hij wees naar mijn handen, die onder de rijst zaten. Ik giechelde. "Dat was omdat iemand dat naar mij gooide. Ik ving het op." Katashi lachte. "Yeah right." Er viel abrubt een stilte. Katashi keek wat ongemakkelijk. "Wat?" vroeg hij achterdochtig. Rima keek hem verwonderd aan. "Je deed mee." zei ze zachtjes. Ik knikte heftig. "Je gooide met eten." Katashi haalde zijn shouders op. "Ja, dus? Ze vroeg erom." Natsumi's mond viel open. "Zie, Hotaru-sama, onze welgewaardeerde Katashi-dono is niet wie we dachten dat hij was." Ik schudde mijn hoofd en greep Natsumi's handen. "Waarachtig! Oh Natsumi-san. Zeg me dat het niet waar is. Hebben mijn ogen me zojuist bezoedeld? Want ik zou zweren dat ik Katashi-dono zag lachen!" Natsumi maakte een wild gebaar met haar hoofd. "Als uw ogen uw beliegen Hotaru-sama, dan doen ze mijne het zelfde. Ons welgerespecteerd Katashi-dono heeft zich zojuist schuldig gemaakt aan het gooien met voedsel; wat zeg ik? Mogelijk aan het beleven van plezier!" Ik schudde mijn hoofd en greep dramatisch naar mijn borst. "Wat vertelt u me nu, Natsumi-san! Je wilde verhalen zullen mijn hart doen stilstaan, praat me niet van zulke onwaarheden." Natsumi liet schudde haar hoofd nog wilder. "Het is waar, Hotaru-sama! Katashi-dono is wellicht, als wij, een tiener!"
Katashi rolde met zijn ogen. Krijgen we dit weer? Ik kwam alleen maar voor Jun op hoor. Het is niet alsof ik dit soort dingen leuk vind om te doen... Natsumi en ik keken tegelijk naar Katashi. Natsumi deed alsof ze in snikken uitbarsste. "Oh Katashi-dono. Welk een nobele daad voor uwen kameraad gij verrichtte." riep ze dramatisch "Oh Katashi-dono, de wereld in onwaardig aan uw goedheid." stemde ik in. Tegelijk legden we ons aan Katashi's voeten. Jun grinnikte. Hij keek Katashi dankbaar aan. "Ze hebben wel gelijk Katashi. Bedankt voor net." Katashi trok een gezicht. Waarom bedank je mij? Iedereen gooide met eten! Natsumi begon!" Natsumi keek op. "Zo bescheiden, oh grote Katashi-dono. Maar nee, mijn hart is niet zo moedig als het uwe. Het werpen van die boterham was slechts mijn nederige plicht na uwen weldadige woorden van rechtvaardigheid." Katashi fronste. "Woorden van rechtvaardigheid?" Natsumi knikte naar mij. "Hotaru-sama." Ik knikte en stond op. "En ik citeer!" Ik schraapte mijn keel. "Rot toch op!" bulderde Natsumi. "Laat hem toch met rust." vulde ik aan. Katashi bloosde. "Eh... Dat floepte er gewoon uit. Maar ze gedroeg zich ook verschrikkelijk uit de hoogte." "Bedankt Katashi." zei Jun nogmaals. Hij sloeg zijn ogen neer. "Allemaal... Bedankt." Natsumi kwam ook overeind. We stopten spontaan met onze act. "Hideyoshi-kun?" vroeg Rima verzichtig. "Gaat het wel?" Jun knikte zonder ons aan te kijken. "Laat me maar even alleen."

zondag 3 oktober 2010

Katashi

Ik keek strak naar Jun en het vreemde meisje. Wat was er precies tussen hun? 'Oh, had hij dat jullie niet verteld? Foei Junichi. Heb je ze wel verteld over je speciale maaltijd nadat je ouders zijn gescheiden?' Ik zag dat Jun nog witter weg trok. 'Rot toch op.' flapte ik eruit. 'Laat hem toch met rust.' Het meisje keek me arrogant aan. 'Dat je dat je vrienden niet verteld. Of zijn het je vrienden niet echt, Junichi?' Toen zag ik iets vanuit mijn ooghoek. Natsumi had een boterham met jam opgetild. Ik keek verbaasd naar haar. Wat wilde ze daar nou mee doen? Toen gooide ze het opeens richting het meisje. 'Woeps.. Wat onhandig van me.' zei ze onschuldig. Het meisje hapte naar adem. 'Hoe durf je!' schreeuwde ze uit en ze greep een hand met rijst uit de bak die op tafel stond en gooide het rechtstreeks naar Natsumi. Maar die bukte snel en het kwam op het achterhoofd van Tomoe die geschrokken gilde en met haar hand naar haar achterhoofd greep. Ze draaide zich om en begon toen ook te gooien met vanalles en nog wat. Na minder dan een minuut begon de hele kantine mee te doen en werd het een echt voedselgevecht. Ik lachte stiekem in mijn hoofd maar van buiten leek ik nog steeds zo serieus als altijd. Tot ik opeens een rauw ei tegen mijn achterhoofd aan kreeg. Toen begon ik ook te gooien met een pannekoek met stroop die ik op mijn bord had liggen. Natsumi rende ondertussen tussen alle tafeltjes door en was helemaal enthousiast over het voedselgevecht dat zij getriggerd had. Het ging zo een hele tijd door totdat de deur met een harde klap open ging. 'WAT IS HIER AAN DE HAND!' werd er woedend geschreeuwd door Kiriyuu-sensei die biologie les gaf. Het werd helemaal stil totdat er nog een bak yoghurt naar Kiriyuu-sensei toe vloog en recht in zijn gezicht terecht kwam. Toen werd het nog veel stiller. 'Wie is hier de schuldige van?' werd er ijzig gezegd. Het meisje, waarvan ik onderhand wist dat ze Kirino heette, wees naar Natsumi. Maar onze groep wees als een man naar Kirino. 'Goed. Jullie blijven alle zeven na.' werd er nog gezegt voordat Kiriyuu-sensei zich omdraaide en er woedend vandoor stampte.

Jun

Ik keek naar Hotaru die met erg veel liefde naar al het eten keek. Ikzelf greep een hard broodje van de schaal en at hem zo op. Ik had echt geen honger. Ik voelde twee blauwe ogen strak naar me staren. "Daijoubu? Hideyoshi-kun? Je ziet er nogal ziekjes uit". Ik knikte zwakjes. "Hij heeft vast opstart problemen" zei Hotaru. Natsumi, die net een slok melk had genomen verslikte zich door het lachen. Ineens werden de deuren opengegooid. Er kwam een grote groep meisjes binnen die allemaal hyperactief dingen riepen. Ik luisterde er goed naar. "Kirino-sama!" riep een meisje vrolijk. Ik verslikte me in mijn broodje en begon hard te kuchen. "Hideyoshi-kun!" piepte Rima geschrokken. Hiro klopte op mijn rug en het schoot verder. Mijn hoofd was rood aangelopen. De grote groep meisjes kwam riching onze kant. Ze leken wat uit elkaar gegaan. Dat gitzwarte, glanzende haar. De ovaalvormige bril. Ik wende mijn blik meteen af. Ik hoorde Hiro wat zeggen over hoe gemeen hij dat meisje vond door iets van gister. Kirino liep om de tafel heen en stopte achter mij. Ik hoorde haar weer met haar tong klakken. Dat deed ze altijd. "Zo zo, ik zie dat Junichi-kun vriendjes heeft gevonden!" ze speelde met mijn haar. Ik negeerde haar. "Voor zolang je ze nog hebt" fluisterde ze zachtjes, zodat ik alleen het kon horen. Ik rilde. Ze was te dichtbij. "Ne, jullie weten toch wel dat Junichi-kun wat psygische probleempjes heeft. Dat hij een afkeer heeft voor meisjes.. Hij wordt snel depressief." Ik wilde dat ze weg ging. Mijn herinneringen kwamen terug. Mijn gezicht trok wit weg. Het was ondertussen helemaal stil in de zaal.